Schreeuwen v/s Vertellen
Lokatie: | Aachen (Duitsland) | Lengte rit: | 82,4 | Hoogtemeters: | 1123 |
Tijd: | 03 uur, 28 minuten | Gemiddelde: | 23,8 Km/h | Beeld: | 10:33 |
Gut och gut, wat is het toch erg allemaal. Kijk ’m daar nou staan die Tom Egberts. Meneer toucheert jaarlijks ’n tonnetje of drie aan belastingcentjes met een beetje mekkeren over voetbal. O, kijk. Ook ’t meiske van BNN schreeuwt gezellig mee. Sophie harkt waarschijnlijk ook wel ’n Balkenendenorm aan gemeenschapsgelden bij elkaar. Dat doet ze bij de publieke. Daar praat ze over Spuiten en Slikken maar het is klaarblijkelijk niet genoeg. Ze schreeuwt zo hard in de camera dat het d’r dun door de broek loopt. Kijk, ik snap het hogere doel van de ’Schreeuw om Cultuur’ ook wel, maar dit is wel een erg slechte uiting om de aandacht te vestigen op een breder publiek probleem. Er zijn namelijk wel meer mensen met ’n budgettair probleem.
Voor je ’t weet hebben ook de provincies een YouTube-kanaal geopend. Het kanaal heet ’de schreeuw om eten’! Hoofdrolspelers zijn een handvol rijksambtenaren, gedeputeerden en aanverwante notoire dikbuiken. Want ook bij de overheid moet het mes erin. Hoe moet dat dan met al die leuke etentjes met vage relaties in het buitenland op kosten van jouw en mijn belastingcentjes? Waar moeten ze nu toch die bonnetjes inleveren? Als ik de overheidsmensen zou mogen adviseren, dan zou mijn advies het volgende zijn. Ga eens ’n vak leren of zo! Vormgever, psycholoog, violist of voor mijn part danser bij Scapino. Lekker met zo’n strakke maillot om je noten achter lieve fragiele meisjes aan huppen. Maar goed, dat ter zijde.
Kijk, Jan Kooiman (ook uit het schreeuwfilmpje) is eigenlijk balletdanser, maar verdient nu zijn centjes bij de commerciële als presentator en soapie. Jan heeft het recht om te schreeuwen. Hij weet dat dansers heel hard moeten bikkelen voor een hongerloontje. Jammer alleen dat Jan op deze manier moet laten blijken dat cultuur echt nodig is. Ik ben van mening dat er betere manieren zijn om aan te tonen dat het niet echt handig is om grof in de culturele sector te snijden. Ik denk dat het beter is om het publiek aan te tonen wat er gebeurt als je het kloppend hart uit de samenleving snijdt. Je moet het publiek laten inzien dat veel in onze wereld zijn oorsprong kent in de culturele sector. Vertel een verhaal waar mensen zich mee kunnen vereenzelvigen.
Thuis doen Marjolein en ik het in het klein ook. Het werkt wonderbaarlijk goed. Ik kan wel tegen die kleine dondersteen gaan staan brullen dat ie niet in de Sanseveria mag gaan hangen. Maar het maakt niet echt indruk. Hij lacht me – zo lijkt het – vierkant uit. Inmiddels ben ik er achter dat – als ie weer op weg is naar de bewuste bloempot – ik beter naar ’m toe kan gaan en hem – een soort – van streng aankijk (eigenlijk kan ik m’n lach niet houden). Liewe hoort me dan al aankomen en kijkt me dan semi-onschuldig aan, maar hij voelt nattigheid! Ik vertel ’n dan dat als ie het waagt in de plant te duiken, meneer nooit meer op z’n brandweerauto tegen de deuren mag rijden.
Dus schreeuwmensen… Zet liever op zaterdag een slot op het Bonnefanten met de tekst erbij; ’wat Maxime niet snapt, snapt u vast ook niet!’. Of sluit de rolluiken van de plaatselijke bieb met de tekst ’jammer maar helaas… Mark heeft de boeken verkocht’. Of nog beter… een hek om de muziekschool met de mededeling dat het pand door Geert is gevorderd om het tot politbureau om te dopen. Van één Wibi Soerjadi hebben we al genoeg hoofdpijn!
Stop dus met kansloos geschreeuw en ga een verhaal vertellen.
Misschien luistert er wel iemand!
Voor de fietsers onder de lezers… Omdat het gister eindelijk eens droog was ben ik met wat omwegen maar eens naar Aachen getrapt. Eenmaal buiten vertelde de ijzige wind dat er ’n strenge winter op komst is. Onderweg rook het naar pas gekapt dennenhout, en net over de grens kwamen braadworsten me tegemoet. Het rook naar wintersport. Ik hoop toch dat ik alleen op wintersport sneeuw zal zien. Zo niet, moet ik Marjolein vertellen dat ik een Tacx ga kopen om op zolder tegen de virtuele Mont Ventoux op te fietsen. Maar de zolder… die schreeuwt om een opknapbeurt.
Toeteren 2.0
Lokatie: | Teuven (België) | Lengte rit: | 71.3 | Hoogtemeters: | 732 |
Tijd: | 02 uur, 55 minuten | Gemiddelde: | 24,2 Km/h | Beeld: | 09:54 |
Afgelopen weekend reed ik met fietsmaat Martijn weer ’ns een rondje door het Zuid-Limburgse landschap. Aangezien we alweer in november leven, is vroeg opstaan een steeds grotere opgave. Niet dat ik een hekel heb aan de kou. Nee, ik haat het om te moeten opstaan als het nog donker is. Maar goed, ik kan komend voorjaar moeilijk als een hangbuikzwijn aan de start van ‘la Fleche Wallon’ verschijnen. Dan maar om 8 uur m’n nest uit om een beetje ’in shape’ te blijven. We reden als twee natte kranten – Martijn had een feestje gehad en ik was nog kwakkelend na ‘n keelontsteking – door een mistig decor van schitterende herfstkleuren. Bijna thuis werd ik zowat van m’n sokken gereden door een kamp-sjaak met ‘n iets te grote pauperbak onder z’n hol. Ik passeerde net een paar hockey-meisjes en ’meneer’ moest er tegelijkertijd ook langs. Hij toeterde alsof z’n leven er vanaf hing. Wat ’n proleet! Was vast ook zo iemand die twittert dat ie de grootste heeft? Twitter… ook zo’n fenomeen waar ik vooralsnog geen toegevoegde waarde in zie.
Kijk, sinds een jaar of twee heb ik een LinkedIn-account. In het begin zag ik nog niet echt de meerwaarde van deze digitale rolodex. Zoals waarschijnlijk vele van jullie was ik vooral naarstig op zoek naar iedereen die ik ook maar een beetje kende en nodigde ik hem of haar uit om in mijn warme bad te komen zitten. Mmmmm… lekker, zoveel vriendjes en vriendinnetjes. Ik voelde me zowaar al bijna echt een sociaal dier. Ik mailde me dagelijks suf aan korte nietszeggende berichtjes. Ik was zeker niet de enige op deze aardkloot die dit gedrag vertoonde. Elke dag kreeg ik uitnodigingen van mensen die ik al in geen honderd jaar had gezien en ook de mails die de uitnodiging tot digitale vrijages begeleidden waren vaak even niets zeggend.
- begin citaat -
Hoi Jorg,
Lang niet gezien. Hoe gaat het?
Ik zie dat je tegenwoordig in Maastricht woont. Mooie stad, niet?
Groetjes,
- einde citaat -
Tja, je kunt moeilijk antwoorden dat het gigantisch kut met je gaat. Dat je blij bent de desbetreffende persoon al tig jaar niet gezien te hebben en dat eigenlijk zo zou willen houden. Knap gelezen ook dat ik in Maastricht woon en ja best mooi… maar ja, laten we wel wezen Rotterdam is en blijft toch echt de enige echte stad van Nederland!
Nu 2 jaar later ben ik minder naarstig op zoek naar allerlei mensen om mee te ’connecten’. Ik zoek toch eerst naar de meerwaarde van het contact. Kan ik iets betekenen voor die persoon of hij/zij iets voor mij? Is dat niet het geval, dan gaat de uitnodiging in de negeerbak. Dit is voor mij meteen de reden dat ik niet aan Twitter begin. Als ADHD’er heb ik al moeite met het negeren van prikkels en al dat gekwetter is een totale overload aan stimuli. Natuurlijk zie ik wel het één en ander van dat digitale gemekker op het web. En dat sterkt mijn besluit om niet aan ‘tweets’ te beginnen. Man, man, man, wat komt daar een hoop bagger voorbij. Mensen die menen dat het mij als lezer wat interesseert dat hun provincieclubje met 3-0 achterstaat. Dat ze net een fles wijn op hebben. Lekker kwartiertje hebben zitten schijten. De pas gescheiden buurvrouw een beurt hebben gegeven of zelfs – ja ja echt meegemaakt – dat de vliezen net zijn gebroken. Who the fuck cares! Get a life! Ga eens werken; mafkezen!
Allemaal leuk en aardig die digitale snelweg, maar tegenwoordig zijn we met z’n allen tegelijkertijd aan het toeteren. Iedereen toetert om het hardst. We horen het allemaal; maar wie luistert er nu nog echt? Waarschijnlijk zijn een aantal social media allang van het toneel verdwenen tegen de tijd dat Liewe kan lezen en schrijven. Ik vermoed dat er enkele zullen blijven die echt meerwaarde bieden en communicatie makkelijker maken in plaats van verstrooider. Zodat hij – in tegenstelling tot vele van mijn generatiegenoten – gewoon weer een meisje oppikt in de kroeg. Zodat ook hij – net als ik 18 jaar geleden – bij het ontbijt aan paps en mams moet uitleggen wie er nu weer aanschuift. Ik hoop wel dat ie d’r naam heeft onthouden en d’r doopceel op LinkedIn heeft gecheckt.