Boodschappen uit het hart

augustus 17, 2010 – 14:49

Boodschappen uit het hart

Lokatie: Louveigné (België) Lengte rit: 119,3 Hoogtemeters: 1574
Tijd: 04 uur, 46 minuten Gemiddelde: 25,1 Km/h Beeld: 10:41

”Ge moet zo nu en dan uw hart volgen”, die boodschap kreeg ik van een toerfietser die ik ergens tussen Aubel en Charneux inhaalde. Hij was op net vertrokken met een groepje wielervrienden. De top van de Mont Ventoux was het doel van de reis. Ruim 1200 kilometer in 7 dagen. ”Geweldig!” zei ik, ”mag ik mee?” ”Tuurlijk”, zei de man lachend, ”Volg uw hart!” Hij vertelde dat hij dit altijd al eens had willen doen. Nu moest het er toch maar eens van komen. Maandenlang hadden ze als groep lange ritten gemaakt om de beproeving van de komende dagen te volbrengen.

Bij het dorpje Hervé splitsten onze wegen. Zij verkozen de Hoge Venen om vandaar uit richting Luxemburg te koersen. Ik volgde niet mijn gevoel maar mijn Garmin. Op weg naar een paar pijnlijke kuijtenbijters in de dal van de Vesdre. Mijn gevoel zei me namelijk dat ik die klimtraining nog wel een goed kon gebruiken tijdens ’les Géants des Ardennes’ van volgende week. Toch had de toerfietser me wel aan het denken gezet. ”Volg je hart!”

Sinds Liewe is geboren en sinds Arie te kampen heeft met de ziekte van Hodgkin, merk ik aan mezelf dat ik ’het’ sowieso meer doe. Mijn hart volgen, bedoel ik dan. Ik maak me minder druk over infantiele zaken. Mensen die niets te melden hebben kunnen de welbekende ’pot’ op. Ook qua werk probeer ik zo eerlijk en zo oprecht mogelijk te zijn.

Maar eerlijk is eerlijk; toch kom ik nog regelmatig situaties tegen waarbij ik me betrap op enige terughoudendheid. Van die situaties waarvan ik later denk: ”had ik het maar gewoon gezegd”. Maar ja, toch doe je dat dan niet. Puur uit fatsoen, uit zelfbehoud of om mensen niet tegen de schenen te schoppen. Ik heb in het verleden wel eens bij klanten gezeten die me vertelde dat ze ’kwaliteit’ leverden. Destijds knikte ik dan ’ja en Amen’ en ging er in mee, zonder naar de diepere betekenis van dat container begrip te vragen. Met als gevolg dat, achteraf gezien, ik vaak met halfbakken oplossingen en adviezen kwam.

Nu, inmiddels wat zelfverzekerder en eerlijker, durf ik het ’gevecht’ wel aan te gaan. Laatst zat ik ergens en weer riep iemand: ”Wij maken gewoon een mooi product!”  ”Nou, enige nuance is wel geboden”, zei ik. ”Wat jullie kunnen, kan je concurrent ook, misschien nog wel goedkoper en sneller”. ”Het enige verschil met je concurrent is ’hoe’ je het doet en dat is exact wat je moet uitvergroten”. Ik merk dat klanten het op prijs stellen als je met een eerlijk en oprecht antwoord komt. Allemansvrienden zijn er al zat. Toch is het grappig te moeten vaststellen dat ik dit nu pas meer en meer ga inzien. Zou het zo zijn dat, je hart volgen of je hart op de tong hebben, iets is wat je met de jaren moet leren?

Om terug te komen op ’het hart op de tong’; nou, daar was weinig sprake van afgelopen zondag. Mijn tong lag op m’n stuur. Ik had mezelf vandaag als eerste ’echte’ klim op Rue sur Steppes getrakteerd. Voor de fietsers, onder de lezers hier, die de streek een beetje kennen. La Redoute, eitje. Côte des Hezalles, lastig. Stockeu, eat your heart out! Vanuit het dorp Fraipont was de boodschap, die deze klim voor me in petto had, al duidelijk. Eerlijker kun je het niet krijgen. Het eerste wat ik dacht: ”Is verticaal fietsen mogelijk dan?” Na het eerste stuk aan 20% komen er nog drie van die killers. Fijne strookjes van wat ooit asfalt was, rond de 16%. Man, wat was ik blij om in het dorp, boven op de top, de twee dames van de foto tegen het lijf te lopen. Uit hun franse gebrabbel kon ik nog net opmaken dat ze vonden dat ik blij en voldaan uit mijn ogen keek. Ja, natuurlijk deed ik dat. Eindelijk even rusten en vocht inslaan bij de supermarkt. Toen ik buiten kwam stonden ze nog steeds gezellig te keuvelen. Ik maakte een foto. Ze lachte en wenste me een mooie dag. ”Merci, vous aussi” gokte ik op mijn beste Frans. Er volgde nog 76 loodzware kilometers, met veel klimwerk en tegenwind naar huis.

Boodschap van de dag. Meer trainen en eerlijkheid is een groot goed.
En over het hart volgen richting de Ventoux? Ach, dat komt nog wel ’n keer. Voorlopig is het hart het liefste thuis bij Liewe en Marjolein. Klinkt gezapig… maar eerlijk is het wel.

Tags: , , , , ,

Verslaafd

juli 20, 2010 – 21:42

Verslaafd

Lokatie: Xhierfomont (Belgie) Lengte rit: 88,91 Hoogtemeters: 1502
Tijd: 04 uur, 20 minuten Gemiddelde: 20.6 Km/p/u Beeld: 12:04

Het zweet liep als een bergbeekje door mijn bilnaad. Ik had paniekaanvallen en een enorme drang tot het consumeren van mijn drug. En toch, toch kom ik er nu pas achter dat ik eigenlijk hartstikke verslaafd ben. Verslaafd aan informatie. Om nog specifieker te zijn: ik ben verslaafd aan informatie en de drang iets te moeten doen met die verworven kennis. Wat, dat maakt niet uit, als ik er maar wat mee kan.

De eerste confrontatie met mijn verslaving sloeg in als een bom. We waren, nu een week of drie geleden, aangekomen in onze vakantievilla, ergens in de buurt van Nîmes. Je zou zeggen: mooi! Biertje tikken, zwembroek aan en het zwembad induiken. Nee hoor, niets daarvan. Ik was bij aankomst op zoek naar de toegangspoort tot de informatievergaarbak die internet heet. Helaas pindakaas. Niets, nikkes, njènte, nada. Zelfs mijn iPhone had hier nul ontvangst. Hoe moest dat dan nu met de weersverwachtingen? Betekende dit gemis aan toegang tot het wereldwijde web, dat we op zoek moesten naar het plaatselijke VVV, om informatie in te winnen wat er zoals te doen was hier in de buurt? Kon het gebiedspromotieproject ’Mooi Noord’ in Leiden wel doorgang vinden zonder dat ik mijn mail kon checken? Kon ik de lopende projecten op mijn werk wel loslaten? Tot overmaat van ramp kon ik de door mijn Garmin vergaarde ritinformatie van mijn fietstochten in de buurt van ons eerste vakantieadres, niet uitlezen. Ik was vergeten de software op mijn nieuwe laptop te installeren. Kijk, en daar kan ik dus heel slecht tegen, daar word ik heel chagrijnig van. Niet weten wat de maximum hellingsgraad was, niet weten wat mijn hoogste hartslag is geweest, niet weten hoe deze rit in vergelijking met die van twee dagen geleden was.

Ik heb trouwens een donkerbruin vermoeden dat de drang naar informatie en cijfers in de familie zit. Afgelopen zondag was ik met mijn jongere broer Bob een rondje rijden door de Ardennen. Bob sport zo goed als nooit, maar heeft een ongelofelijk doorzettingsvermogen. We stapten op in Pepinster om vanuit daar ruim 80 kilometer en 1400 hoogtemeters weg te trappen. Vijf minuten na het verlaten van de parkeerplaats stak de familieverslaving al de kop op. ‘Hoe hard rijden we hier en wat doe jij op dit stuk normaal gemiddeld?’ Fijn om te zien dat ik niet de enige nerd in de familie ben die dit soort zinloze informatie toch uiterst interessant vindt. Na vijf beklimmingen was Bob meer dood dan levend. Hij had zich een ware Kenny van Hummel gevoeld. Helemaal alleen, verlaten door teamgenoten, zichzelf naar boven hijsen om in de verte alweer de volgende klim te zien opduiken. Onder aan de voet van de laatste klim (Côte du Rosier) kwam Bob naast me rijden. ‘Zeg, Jorg, hoe lang is deze klim en wat is het gemiddelde stijgingspercentage en hoe steil is het steilste stuk?’ Eigenlijk had ik moeten zeggen dat het zo steil en zo zwaar zou zijn als zijn benen hem zouden vertellen. Maar nee hoor. Als cijferneuker kwam ik weer met feitjes op de proppen: ‘4,5 kilometer lang. 5,7% gemiddeld met 12% als hoogste stijgingspercentage. Hier heb je nog ’n banaan, ’n gelletje en twee Dextro’s; succes ermee. Ik zie je boven!’

Ondertussen ben ik er wel achter dat de wereld prima verder draait zonder dat ik op de hoogte ben van alles wat er gaande is. Het BP olielek is nog steeds een gapend gat in de oceaanbodem. We hebben nog steeds geen kabinet. Oranje wordt, ook zonder mij, nog steeds geen wereldkampioen. Wim-Lex en Maxima hebben voor hun vakantiehuisje in Mozambique nog geen geschikte koper kunnen vinden. En mijn werk; ach, dat had ik zo goed overgedragen dat het bij terugkomst op kantoor zelfs zonder mij verder kan draaien. Dat geeft mij de tijd om me toe te leggen op een paar mooie nieuwe klussen. Nieuwe klussen, dat brengt ook weer nieuwe informatie. En nieuwe info; daarvan kun je leren.

Ook onze kleine surfgod is trouwens continu op zoek naar nieuwe informatie. Liewe is nu in een fase gekomen die hem, door middel van over de grond tijgeren, in staat stelt om op strooptocht te gaan. Als hij echt zin heeft, maakt Liewe tochten van ’n uur of twee. Daarna is ie zo moe van het verwerken van al die ingewonnen informatie dat ie midden in de woonkamer in slaap valt. Mond wagenwijd open, armen en benen wijd gespeid, totaal knock-out. Het is geweldig om te zien hoe het mannetje de tas van mama van de stoel trekt en daar binnen no time de zonnebril, diverse lipglossen, portemonnee en mascara’s uit weet te trekken. Wat alleen zo jammer is, is dat Liewe nog een beetje moeite heeft met het opslaan van al deze informatie. Nadat ik hem deze week al zesendertig keer net op tijd onder het wijnrek uit heb getrokken en hem heb uitgelegd dat ie daar pas over een jaar of 16 aan mag komen, kruipt ie nu, op moment van schrijven, alweer richting de interne drankhandel. Horendol word je ervan. Ik denk dat het tijd wordt om hem maar eens voor de zevenendertigste keer te gaan vertellen dat ie daar met z’n tengels van af moet blijven. Hopelijk kan ie het nu wel onthouden!?

Hey Bob… petje af trouwens!
88 kilometer, ruwweg 1500 hoogtemeters in 4 uur en een paar minuten. En dat gereden op de 20 jaar oude Jansen-Oomen van ‘ons’ pa. Met als lichtste verzet 42/28. Nog even zo doorgaan en je kunt jezelf volgende keer een heuse Contador voelen en me verrassen met een splijtende demarrage op de Stockeu.

Tags: , , , , , , , ,

Vakantie 1: Resetten

juli 9, 2010 – 19:15

Vakantie 1: Resetten

Lokatie: Sauve (Frankrijk) Lengte rit: 62,48 Hoogtemeters: 506
Tijd: 02 uur, 22 minuten Gemiddelde: 27,1 Km/p/u Beeld: 10:59

De eerste week van onze vakantie zit erop. De week hiervoor was het op kantoor zo hectisch en druk dat ik er niet aan toe ben gekomen om een nieuwe post te schrijven. Het is niet zo dat er geen voer voor nieuwe teksten was en geen goede foto en er is ook gewoon een tochtje met de fiets gemaakt. Ik had gewoon niet de rust om ervoor te gaan zitten. Ik wilde mijn werk goed overdragen vóór ik met vakantie zou gaan.

Enfin; het was vrijdagochtend elf uur, de fiets stond goed vastgesnoerd op het dak van de auto en we konden vertrekken richting Zuid-Frankrijk. Yep, ik ben een heuse burgerlul geworden. Een Renault Mégane met een fiets erop, vrouw en kind d’r in, zonneschermen tegen de ramen, TomTom geïnstalleerd, 3FM op de radio en een Appie-Heintas op de achterbank met blikjes, drop en broodjes kaas. Je zou zeggen: het enige wat nog mist in mijn nieuwe burgermansbestaan is een sleurhut op de trekhaak. Wel nu beste lezertjes… die gaat er ook never nooit niet komen. En wel om de volgende redenen: a. je gaat toch niet met dertig per uur achter Luik de eerste de beste helling omhoog tuffen als je weet dat iedereen die je achter je hebt zitten, je helemaal verrot zit te schelden? Nee, zonder gekheid. Je gaat toch niet op vakantie om in je eigen meegenomen huis van drie vierkante meter te gaan zitten poepen op een toilet waar je met je linkerwang tegen de deur aan geplakt zit als je je kont wilt afvegen? En b. ik heb geen trekhaak.

De heenreis voorliep zeer voorspoedig. Liewe zat als een keizer in zijn Maxi-Cosi. Hij vermaakte zich prima met zijn speeltjes en trainde voortdurend zijn fonkelnieuwe tandjes met een bijtring of landkaart die hij op de een of andere manier had weten te bemachtigen. En als hij daar geen zin meer in had… Nou, dan sliep hij. Heerlijk rustig tuften we de 1100 kilometers weg. We waren dus onderweg naar het dorpje Les Mazes. Er was een villa gehuurd die ruimte zou bieden aan acht volwassenen (voor zover je sommige van hen volwassen kunt noemen) en zes kleine relschoppers. Een paar weken ervoor troffen we elkaar bij Yuri en Paola thuis, op de verjaardag van Janne. We zaten daar zo met vrienden en vriendinnen bij elkaar en hadden het over de aanstaande vakantie. Iedereen was chronisch moe en toe aan een week totale rust. Beetje hangen aan het zwembad, beetje barbeknoeien, beetje wijn en pils tikken en voor de rest gewoon lekker bakken onder de grote gele knoepert aan een strak blauwe hemel.

Denkfout! Niet dat er geen lekker zonnetje aan een verder blauwe hemel stond. En ook het zwembad lag er prachtig bij. Bier en wijn waren ook genoeg voorhanden. Maar wanneer konden we er aan beginnen? Waarschijnlijk nadat de laatste van alle smurfen op één oor zou liggen. Al na drie uur aanwezigheid werd ik bijna dol van de chaos om me heen. In de ene hoek van de tuin lag een baby om melk te schreeuwen, in een andere hoek had ’n ander haar luier vol gescheten. In het zwembad probeerde de ene peuter de andere z’n ogen uit te steken met een waterkanon. Terwijl de derde wat olie op het vuur gooide door vanaf de kant emmertjes te gooien. En Liewe? Liewe hield zijn moeder lekker bezig, want het werd stilaan tijd voor een middagdutje en dat liet meneer duidelijk merken. ‘Iemand een biertje?’ riep ik. ‘Nheuuu… nog ff niet”’ was het collectieve antwoord. ’s Avonds bij de bbq zei ik dat ik wel even moest resetten. Even de verwachtingen van het begrip vakantie bijstellen. ‘Wat had je dan gedacht?’, zei een aantal al wat meer ervaren ouders. Tsja, wat had ik dan verwacht? Nou, in ieder geval niet dit. Dat vakantie als nieuwbakken vader anders zou zijn, dat wist ik wel. Maar zo anders…

Al met al heb ik drie dagen moeten wennen. Wennen aan het idee dat alles een ander ritme heeft en dat je, in bepaalde mate, niet zo maar kan doen en laten waar je zelf zin in hebt. Die derde dag van onze vakantie ben ik maar eens een stukje gaan rijden op de racefiets. In 60 kilometer heb ik me onder de brandende zon helemaal aan gort gereden. Ondanks de betere bakoventemperaturen en een paar pittige klimmetjes, kwam ik uiteindelijk toch terug met 28,1 gemiddeld op de teller. Ik had me weten te resetten. Dat moment kwam toen ik Sauve binnen reed. Daarvoor was ik mezelf aan het afbeulen. Maar in dit middeleeuwse dorpje zaten de mensen heerlijk relaxed onder de eeuwenoude platanen te genieten van hun wijntje. Het was echt zo’n idyllisch Frans plaatje uit de Boursinreclame. Oude mannetjes, spelende kinderen, stokbrood, wijn, riviertje, in de verte wat bergen en cipressen langs de weg die naar de top zou leiden. Toen ik de foto maakte op het bruggetje het dorp uit richting de doorgaande weg, besefte ik me dat ik me niet moest storen aan de chaos om me heen, maar hem moest absorberen.

De resterende dagen was ik Mees (3) z’n grootste vriend. Voor hem was ik de ’SuperJorgSpeedBoot’, de man die hem metershoog, met opblaasboot en al, de lucht in smeet, zodat hij een tel later met een grote plons ermee in het zwembad belandde. Liewe transformeerde van kleine directeur tot een jonge surfgod. In zijn rode zwemshort was hij de hele week de koning van het zwembad. Tot zijn standaarduitrusting hoorde een geel klein schepje en een grote grijns op z’n gezicht, waarbij hij de hele tijd trots z’n eerste twee hazentandjes showde.

Al met al heb ik dus deze eerste week een hoop geleerd van al die kleine kabouters. In de chaos die ze zelf veroorzaken, weten ze zich altijd te concentreren op één ding en zich daar volledig op toe te leggen. Zou ik me op mijn werk ook kunnen resetten op de momenten dat het te hectisch of te veel wordt? Als ADHD’er zou het me helpen om het mooie van chaos in te kunnen zien en het te gebruiken om me te focussen of me tot nieuwe inzichten te laten komen. Over twee weken gaan we het zien. Eerst een biertje!

Tags: , , , , , ,

Agassi syndroom

februari 27, 2010 – 19:53

Agassi syndroom

Lokatie: Bemelen (Nederland) Lengte rit: 96,85 Kilometer Hoogtemeters: 1251
Tijd: 04 uur, 13 minuten Gemiddelde: 24,6 Km/p/u Beeld: 16:45

Bij L1 handen ze het weer eens bij het rechte eind. De zaterdagochtend zou regenachtig verlopen, de middag daar in tegen zou zonnig en droog zijn. ’S ochtends wilde Marjolein even naar de stad dus dat bood mij de kans om een tijdelijk fietscomputertje te gaan halen. Mijn dure ”waterdichte” Garmin” heeft het namelijk begeven na mijn laatste rit.

Ik gooide Liewe in de zak op mijn buik en wandelde met ’m naar de fietsenboer. Hij vond het prachtig, nog nooit had ie de wereld buitenshuis vanuit dit perspectief kunnen aanschouwen. Hangend in de draagzak keek hij z’n ogen uit. Eenmaal binnen tussen de fietsen en wieler assocoires werd hij helemaal wild. Ik liet Liewe mijn nieuwe fietscomputer uitkiezen. Degene die hij langer als 3 seconden kon vasthouden ging het worden. Na het afrekenen hebben we vast naar zijn eerste racefietsje gekeken. Een fel blauwe gaat het worden, daar ging Liewe het hardst van zeveren.

Een uur heb ik staan kloten met de nieuwe aanwinst. Jezus wat hoop ik dat mijn Garmin het snel weer doet, mijn God wat een geëmmer met die draadjes! Eenmaal op weg voelde het eigenlijk als een bevrijding om zonder hartslagmeter te rijden. Sinds Martijn met overtrainingsverschijnselen thuis zit ben ik (besefte ik me nu) me heel erg gaan focussen op mijn hartslag, misschien wel iets te veel.

Ondanks dat het hard waaide (windkracht4-5) stond er een heerlijk lente zonnetje.  De lente is echt begonnen. Boeren zijn druk in de weer met zagen, ploegen en strontstooien op hun akkers, wandelaars bevolken massaal de heuvels, de eerste ’Ollanders’ zitten in Sippenaken al op het terras. En ik zie een vader zijn zoontje leren fietsen. Hoe lang zoe dat nog bij mij duren vraag ik me af. Al besef ik me ook meteen dat ik met mijn obsessie voor de fiets mijn zoontje niet in een Agassi-wurggreep mag sturen. Voor de mensen die het is ontgaan, Die moest als peuter, aan de keukentafel, met aan zijn armpjes vastgebonden ping-pong-badjes, balletjes naar zijn vader terug slaan. Hij mag, als hij het heel graag wil zelfs gaan Korfballen. Nou ja, dan moet ie het wel heel graag willen.

De laatste 15 kilometer waren erg zwaar, al liep de Cauberg beter als vorige week. Eenmaal thuis, snel onder de douche, Liewe moest immers weer aan de fles en de vrouw had het eten al klaar. Inmiddels is het zondag en was Kuurne-Brussel-Kuurne een waar genot. Samen met Liewe hebben we een prachtige finale gekeken…

Nee hoor, niks geen Agassi-syndroom.

Hij vindt het nu al mooi!

Tags: , , ,