Zoveel kleuren, zoveel smaken

juni 7, 2010 – 21:36

Zoveel kleuren, zoveel smaken

Lokatie: Houffalize (België) Lengte rit: 158,87 Kilometer Hoogtemeters: 2630
Tijd: 06 uur, 29 minuten Gemiddelde: 23,5 Km/p/u Beeld: 15:58

Zaterdagochtend stond ik aan de start van de La Chouffe Classic. Ja, inderdaad een cyclo/toertocht gesponsord door een biermerk. Ach, moeten ze gedacht hebben, als Amstel het kan, kunnen wij dat ook. En of ze het kunnen. Het is een schitterende tocht. En het mooiste is dat je op 10 kilometer van de meet, 30 meter voor de laatste klim begint, een goed glas van dat kabouterbier krijgt.

De dag ervoor had ik me voorbereid op de 160 kilometer versie. Zo stond ik dus, bij de lokale fietsenboer, voor het rek met energieleveranciers. Nee, het betreft geen Eneco, Essent of Oxio. Hier gaat het over repen, gels, tabletten, poedertjes en flesjes. Toch leek het verdacht veel op eerder genoemde stroommaffia. Alles had een andere kleur, smaak en benaming. Ik begreep er geen hol van. Koolydraten hier, hydro-dinges daar, mineralen zus en eiwitten zo. Allemaal beloofden ze hetzelfde maar te vergelijken was het niet echt. Ik grabbelde dus lukraak wat bijelkaar en toog naar huis in de veronderstelling dat het op zaterdag helemaal goed ging komen.

Enfin, ik vertrok om half zeven van huis, om in Houffelaize rond achten van start te gaan. Na een kilometer of 70 bij de tweede tussenstop begon ik toch te twijfelen over de keuze van vandaag. Misschien had ik beter voor blauw kunnen kiezen, of wellicht was zwart wel genoeg geweest. Voor de duidelijkheid: hier niks moeilijks met getallen, rare vergelijkingen of kleine lettertjes. Zwart staat gewoon voor 68 kilometer, blauw staat voor 105 en rood dus voor 160. Kind kan de was doen. Ik belde Marjolein met de mededeling dat ik voor de blauwe lus zou gaan en dus de barbeque wat eerder in de hens kon steken. De benen voelden immers niet zo best, de lange beklimmingen hier zijn toch andere koek dan bij ons in de achtertuin. Toch fijn dat je aan een kleurtje kan zien wat voor smaak je krijgt.

Kleur is zo makkelijk. Ook al voor de potjes eten van onze kleine directeur. Potjes met een oranje dop zijn voor het fruit, groene dop is -hoe kan het ook anders- groente. En dan heb je ook nog blauwe doppen; da’s prut met zuivel. Liewe maakt het allemaal niks uit, welke kleur we hem vandaag weer voorschotelen. Het gaat er toch wel in. Hij gedijt er trouwens wel goed onder. Sinds ‘ie aan de bruine bonen is schuift Liewe als een volwaardige inktvis, achterwaards en spartelend op z’n rug, over de vloer. Hadden we net een gigantisch vloerkleed gekocht. Ligt ie er nog de hele dag naast. Kan ie beter schuiven, de stripfiguur! Die kleuren trouwens; die maken het voor mij in de supermarkt wel lekker makkelijk. Ik weet precies wat ik in mijn karretje moet gooien. Als dislect heb ik sowieso al meer met kleur als met letters.

Zo makkelijk zou het eigenlijk ook voor onze (toekomstige)klanten moeten zijn als men weer eens een pitch uitschrijft. Laatst kreeg ik, na een gewonnen pitch, de opmerking; ‘wat jullie presenteren is weer net wat anders als het bureau dat voor jullie was. Net de energiemarkt, moeilijk te vergelijken’. Zou het wat zijn om als bureau-wereld voor pitches ook een kleurcodering te ontwikkelen. Zwart voor: doe mij maar een logo in één uur. Blauw voor een creatief concept, groen voor merkstrategie plus creatief concept. Kies je oranje dan vraag je om de full monty met dito offerte. Zo krijgt de klant vergelijkbare voorstellen. En krijgt het bureau tenminste niet meer de opmerking ‘ja, maar zij hadden de huisstijl al helemaal klaar’.

Maar goed; terug naar de kabouterbier-tocht. Ik was dus geswitcht naar de blauwe versie. Omdat ik 60 kilometer minder ging doen dan gepland, schakelde ik een tandje bij. Het gemiddelde liep gestaag op. Dat ik dat later moest bekopen met een fikse inzinking, wist ik toen nog niet. Toen ik na een tijdje me alleen nog omringd zag door afgetraind volk met geschoren poten en flitsende fietsen van carbon, begon er iets te dagen. Ik switchte van schermpje op mijn computer. Hè; 104 kilometer? Dat kan niet! Ik kneep in de remmen. Pakte het kaartje en zag het meteen. Sodeju, spiltsing gemist! Ik zat dus nog op de rode route. Ach dan maar doorrijden. Snel twee gelletjes naar binnen, wegspoelen met een halve bidon pis-lauwe sportdrank, inklikken en wegwezen. Op voor de 160!

Makkelijk hè; die kleuren!
Iets voor meneer Essent misschien?

Tags: , , , ,

Eerlijke kleuren

mei 11, 2010 – 12:41

Eerlijke kleuren

Lokatie: Banneux (België) Lengte rit: 133,2 Kilometer Hoogtemeters: 1986
Tijd: 05 uur, 28 minuten Gemiddelde: 24,3 Km/p/u Beeld: 11:03

Zowel gevoelsmatig als meteorologisch was deze week er een van de grauwe en grijze soort. Dikke grijze wolken in de lucht en in mijn kop. Maandag en dinsdag liep zelfs het werk stroef. Waar het aan ligt is een raadsel. Aan mezelf denk ik dan maar. Echt van die dagen die nog nachten lang blijven knagen in het achterste van je grijze massa. Bovendien liep het thuis ook niet geheel van een leien dakje.

De kleine baas was al een paar dagen van de leg en Marjolein en ik zaten een paar avonden op de bank met een vraagteken boven het hoofd. Wil hij nou slapen, is het een fase waar hij door moet, heeft ie honger, doet z’n buik zeer, krijgt ie een tandje of moet ie poepen maar kan ie niet? Tja, honderd en één zaken waar je als verse ouders uit mag kiezen.  Maar op een duidelijk antwoord van de kleine brabbelaar kan je wachten tot je het welbekende ons weegt. Wat dat betreft leek de eerste helft van de week wel op de rit van zaterdagochtend de eerste helft grauw en grijs en het tweede vol kleur en een hoop lol.

De lol begon woensdagochtend al met een prachtig rondje met pedaleermakker Martijn. Doordat hij herstellende is van overtrainingsperikelen, fietsen we de laatste tijd een stuk minder samen. Maar als we dat dan wel doen is het altijd een mooi rondje en genoeg gespreksstof voor onderweg. Bij thuiskomst snel een bakkie en dan onder de douche. Ik opperde bij Marjolein het plan om Liewe mee onder de douche te nemen. Omdat wij niet zo’n douche hebben waar zo’n lullig zeikstraaltje uitkomt, waarbij je van druppel naar druppel moet huppen om een beetje nat te worden, maar een heuse regendouche, maakte ik me op voor een oorverdovend krijsconcert. Niets bleek minder waar. De week kreeg zowaar weer kleur. De kleine baas vond het prachtig. Met zijn ogen vol water probeerde hij met z’n kleine worsthandjes de waterstralen vast te pakken. Breeduit lachend kwam Liewe tot de ontdekking dat dat niet ging lukken.

Na een woensdag als deze kon de rest van de week niet meer stuk. Er vonden her en der wat goede gesprekken plaats om met de juiste uitgangspunten, de boel weer op scherp te zetten. Vorige week schreef ik over het delen van elkaars belangen. Deze week werd het in praktijk gebracht. Ik moet zeggen dat ik klanten, collega’s en leveranciers waamee je open en eerlijk kunt communiceren enorm kan waarderen. Het maakt het allemaal net wat makkelijker ook al is de boodschap niet altijd even lekker.

En om dan toch nog even terug te keren op de rit van afgelopen weekeinde: tot en met Vervier was het grauw en grijs net als de stad die ik op dat moment binnenfietse. Ik was op zoek naar een klim die ik op Google-maps al had gespot. Zo eentje die in een diep dal begint en in zeer korte afstand zo veel mogelijk hoogtelijnen doorkruist. Het feest was begonnen, de ochtend kreeg kleur. Donkerpaars wel te verstaan, van de veel te hoge hartslag al aan het begin van de klim. Het begon met 13 stijgingsprocenten, het werden er snel 14, 15 en 16. De banaan waar ik zo juist aan was begonnen zat nog half in mijn strot en het werd langzaam zwart voor m’n ogen. Een tegemoetkomende wandelaar keek me aan alsof hij wilde zeggen ‘beste vriend, ben je soms dol geworden, weet je hoe ver het nog is naar boven!’. Al snel werden de percentages van een meer christelijke soort. De pret was begonnen.

In het bedevaartsoord Banneux (zie foto) koos ik voor de vlaai en cola in het meest afzichtelijk cafe. De bediening was prachtig: het leken wel broers en zussen van de klokkenluider van Notre Dame. De ene zus een kop als ‘n gesmolten emmer, de ander mank met ingezwachtelde benen tegen de spataderen en broerlief een bochel op z’n rug en een pens van hier tot Tokio. Ofwel goudeerlijk volk, dat met liefde dit aftandse etablissement runde, inclusief muf jaren-twintig interieur. Ik raakte aan de praat met een stel Vlaamse fietsers (paps en zoonlief denk ik), ze trainden voor de Ventoux. We wisselden stoere fietsanecdotes uit. Toen ik ze groette en weer op pad wilde gaan riep Pa me nog na: ‘Allee vult uw bussen met heilig water uit de bron’. Ik dacht: ‘Nee dank je, als ik hier het kleurrijke stel klokkenluiders zo eens bekijk, biedt dat water hier weinig goeds.’

Twee uur later wachtte me thuis veel beter water. Water uit de regendouche. Samen met de kleine baas. Wat een kleur!

Tags: , , , , ,