Resultaten
Lokatie: | Aywaille (België) | Lengte rit: | 148,2 | Hoogtemeters: | 2521 |
Tijd: | 06 uur, 23 minuten | Gemiddelde: | 23,2 Km/h | Beeld: | 13:01 |
Dit keer geen tekst over werk of over een continu zeverend ventje van 10 maanden. Dit keer is, zo goed als het hele artikel, gewijd aan de gebeurtenissen op de fiets. Over de resultaten van mijn inspanningen rondom een zeker huisstijl-traject bij ’n fuserende gemeente is immers nog te weinig bekent. En Liewe dan? Tsja, zijn onophoudelijke doorzetting vermogen maakt dat ie, staande op twee beentjes, steeds zekerder wordt van zijn zaak. Zo zeker dat het zo af en toe resulteert in een vervaarlijke doodsmak op het kale parket. Hij weet nu inmiddels hoe hij zich op z’n voetjes, zijwaarts langs de bank, moet voortbewegen. Maar de bank loslaten…da’s toch nog iets te hoog gegrepen voor het baasje. Maar goed. Nu terug naar de fiets.
Zaterdag zou het dus gaan gebeuren. Hier had ik de afgelopen anderhalve maand voor getraind. Het was tijd voor les Géant des Ardennes. Klinkt ook zo lekker groots en meeslepend in het Frans maar dat terzijde. Rond half acht had ik mijn startbewijs in handen en om vijf over half acht besloten mijn nieuwe fietsmaat ’David’ en ik de tocht gezamenlijk te volbrengen. David kwam ergens uit de buurt van Brugge en was om vijf uur al van huis vertrokken. ”Petje af”, zeg ik dan. In Brabant zeggen we; ”Da zen godverdomme gin tijde vur unne blanke!” Ondanks David’s korte nachtrust en mijn slechte voorbereiding -ik had de avond ervoor gebarbecuede dus weinig energie opgeslagen- verliepen de eerste twee uur zeer voorspoedig. We bleken perfecte partners. Tijdens de beklimmingen hing ik bij hem aan het elastiek, tijdens de afdaling kon hij mooi in mijn spoor volgen. David kon prima klimmen maar afdalen deed hij als een natte krant. Waarschijnlijk dacht hij bij mij het omgekeerde. Prima resultaten als het op afdalen aankomt maar klimmen is niet bepaald zijn sterkste punt?! Toch reden we de eerste uren met een gemiddelde van 26 per uur rond.
Het lekkere gevoel van een voorspoedige rit zou van korte duur zijn. En wel om de volgende reden. De laatste tijd had ik het wel gehad met al die bananen, krentenbollen en muesli-repen in mijn shirtje. Ik leek wel een pakezel. Daar had ik dus geen zin in vandaag. Dus kocht ik me een rip uit het lijf aan gelletjes. Lekker handig, bomvol energie en weegt niks. Nu is het innemen van die dingen al smerig; zodra je het spul uit het pakje in je mond knijpt heb je het gevoel dat er een hap warme kots tegen je huig gespoten wordt. Maar wat nog smeriger is, is wat het goedje daarna met je maag doet. Ik denk dat als ik die gels niet had genomen ik 2 kilometer gemiddeld langzamer was geweest. Man, wat heb ik zitten ruften op die fiets. Elke keer als ik uit het zadel kwam; Pfwwwaaap, en ik schoot weer vooruit. Ik heb echt medelijden gehad met de mensen die achter me reden. Het meest gênante is, dat ik mezelf betrapte op een euforisch gevoel bij de aanblik van de welbekende oranje Dixie hokjes tijdens de bevoorradingen. Ik had zo’n last van mijn maag, dat ik al zeker 2 uur met geknepen billen op de fiets zat. Die gelletjes ’moesten’ wel de verklaring zijn voor mijn slechte klimkwaliteiten van vandaag!
Na het Dixie avontuur volgde nog een flinke inzinking op 15 kilometer van de meet. De beklimming van Côte des Forges had me totaal leeggezogen. Het leek wel of ik al mijn opgedane energie uit die gels in de Dixie-pot had gespoten. Ik kwam voor een groot dilemma te staan. Ik grabbelde wat in de zakjes van mijn shirtje. Kut! Alleen nog ’n gelletje, wat moest ik nu? Buikpijn, maar nog fatsoenlijk de Roche aux Faucons oprijden of niets eten met een grote kans ’geparkeerd’ te staan op deze laatste helling? Ik koos voor de voorverpakte hap lauwe babyspuug. Weer die vreselijke smaak! Maar; O, wat kreeg ik ’n energie. De beklimming liep lekker. Om me heen moesten bosjes renners, volledig opgeblazen en moe gestreden, van de fiets. Ik kon zo waar op het steilste stukje nog wat versnellen. Zo werd aan de finish, het gemiddelde over 148 kilometer afzien, toch nog op 23 gehouden.
Isostar… Bedankt.
Smerige hap maar prima resultaat!
Boodschappen uit het hart
Lokatie: | Louveigné (België) | Lengte rit: | 119,3 | Hoogtemeters: | 1574 |
Tijd: | 04 uur, 46 minuten | Gemiddelde: | 25,1 Km/h | Beeld: | 10:41 |
”Ge moet zo nu en dan uw hart volgen”, die boodschap kreeg ik van een toerfietser die ik ergens tussen Aubel en Charneux inhaalde. Hij was op net vertrokken met een groepje wielervrienden. De top van de Mont Ventoux was het doel van de reis. Ruim 1200 kilometer in 7 dagen. ”Geweldig!” zei ik, ”mag ik mee?” ”Tuurlijk”, zei de man lachend, ”Volg uw hart!” Hij vertelde dat hij dit altijd al eens had willen doen. Nu moest het er toch maar eens van komen. Maandenlang hadden ze als groep lange ritten gemaakt om de beproeving van de komende dagen te volbrengen.
Bij het dorpje Hervé splitsten onze wegen. Zij verkozen de Hoge Venen om vandaar uit richting Luxemburg te koersen. Ik volgde niet mijn gevoel maar mijn Garmin. Op weg naar een paar pijnlijke kuijtenbijters in de dal van de Vesdre. Mijn gevoel zei me namelijk dat ik die klimtraining nog wel een goed kon gebruiken tijdens ’les Géants des Ardennes’ van volgende week. Toch had de toerfietser me wel aan het denken gezet. ”Volg je hart!”
Sinds Liewe is geboren en sinds Arie te kampen heeft met de ziekte van Hodgkin, merk ik aan mezelf dat ik ’het’ sowieso meer doe. Mijn hart volgen, bedoel ik dan. Ik maak me minder druk over infantiele zaken. Mensen die niets te melden hebben kunnen de welbekende ’pot’ op. Ook qua werk probeer ik zo eerlijk en zo oprecht mogelijk te zijn.
Maar eerlijk is eerlijk; toch kom ik nog regelmatig situaties tegen waarbij ik me betrap op enige terughoudendheid. Van die situaties waarvan ik later denk: ”had ik het maar gewoon gezegd”. Maar ja, toch doe je dat dan niet. Puur uit fatsoen, uit zelfbehoud of om mensen niet tegen de schenen te schoppen. Ik heb in het verleden wel eens bij klanten gezeten die me vertelde dat ze ’kwaliteit’ leverden. Destijds knikte ik dan ’ja en Amen’ en ging er in mee, zonder naar de diepere betekenis van dat container begrip te vragen. Met als gevolg dat, achteraf gezien, ik vaak met halfbakken oplossingen en adviezen kwam.
Nu, inmiddels wat zelfverzekerder en eerlijker, durf ik het ’gevecht’ wel aan te gaan. Laatst zat ik ergens en weer riep iemand: ”Wij maken gewoon een mooi product!” ”Nou, enige nuance is wel geboden”, zei ik. ”Wat jullie kunnen, kan je concurrent ook, misschien nog wel goedkoper en sneller”. ”Het enige verschil met je concurrent is ’hoe’ je het doet en dat is exact wat je moet uitvergroten”. Ik merk dat klanten het op prijs stellen als je met een eerlijk en oprecht antwoord komt. Allemansvrienden zijn er al zat. Toch is het grappig te moeten vaststellen dat ik dit nu pas meer en meer ga inzien. Zou het zo zijn dat, je hart volgen of je hart op de tong hebben, iets is wat je met de jaren moet leren?
Om terug te komen op ’het hart op de tong’; nou, daar was weinig sprake van afgelopen zondag. Mijn tong lag op m’n stuur. Ik had mezelf vandaag als eerste ’echte’ klim op Rue sur Steppes getrakteerd. Voor de fietsers, onder de lezers hier, die de streek een beetje kennen. La Redoute, eitje. Côte des Hezalles, lastig. Stockeu, eat your heart out! Vanuit het dorp Fraipont was de boodschap, die deze klim voor me in petto had, al duidelijk. Eerlijker kun je het niet krijgen. Het eerste wat ik dacht: ”Is verticaal fietsen mogelijk dan?” Na het eerste stuk aan 20% komen er nog drie van die killers. Fijne strookjes van wat ooit asfalt was, rond de 16%. Man, wat was ik blij om in het dorp, boven op de top, de twee dames van de foto tegen het lijf te lopen. Uit hun franse gebrabbel kon ik nog net opmaken dat ze vonden dat ik blij en voldaan uit mijn ogen keek. Ja, natuurlijk deed ik dat. Eindelijk even rusten en vocht inslaan bij de supermarkt. Toen ik buiten kwam stonden ze nog steeds gezellig te keuvelen. Ik maakte een foto. Ze lachte en wenste me een mooie dag. ”Merci, vous aussi” gokte ik op mijn beste Frans. Er volgde nog 76 loodzware kilometers, met veel klimwerk en tegenwind naar huis.
Boodschap van de dag. Meer trainen en eerlijkheid is een groot goed.
En over het hart volgen richting de Ventoux? Ach, dat komt nog wel ’n keer. Voorlopig is het hart het liefste thuis bij Liewe en Marjolein. Klinkt gezapig… maar eerlijk is het wel.